7 Over de lessen aan jonge kinderen en (toekomstige) moeders
Mijn missie en visie
Toen ik mijn eigen kinderen kreeg heb ik veel geëxperimenteerd wat betreft het aanbieden en leren van zang en muziek aan mijn eigen dochters van wat ik gelezen had op het gebied van muziekonderwijs op jonge leeftijd. Dit onderwerp was voor mij, zelfs toen ik nog geen kinderen had, een grote passie als zangeres en muziekpedagoge. Ik was al als beginnende muziekjuf gevoelig ervoor en heb bijna alle boeken van psycholoog/pedagoog en musicus Edwin Gordon gekocht en ook een paar congressen bij hem gevolgd. Kennis, ervaring en ideeën kwamen zo bij elkaar, dat ik niet anders kon dan ook aan andere mensen te willen delen wat ik leerde en aan ervaring opdeed. Daardoor werd het voor mij noodzakelijk om mijn nieuwe cursussen aan te gaan bieden: zwangerschaps-, baby-, peuter-, en kleuterzang. Zwangere vrouwen kunnen meedoen met babyzang als ze zwanger zijn van het eerste kindje, of met welke andere groep dan ook als ze bijvoorbeeld zwanger zijn en al een ander kindje op les hebben.
Mijn ervaring
Ik heb gemerkt dat mijn eigen baby’s al in hun eerste levensweek konden zingen. Is dat gewoon? Gewoon of niet gewoon, het lijkt dat veel en frequent met muziek bezig zijn wel helpt. Ik wil daarom deze ervaring delen. Ik wil vooral baby’s en peuters, de volwassenen van morgen, de gelegenheid geven om te zijn hoe ze op dat moment zijn en muziek te leren door middel van hun stem en lichaam. Daardoor kunnen ze ervaren dat muziek en zingen natuurlijke en normale gaven zijn. Maar om muziek, muziek maken, zingen en muzikaliteit tot bloei te kunnen laten komen, moeten ze al wel op jonge leeftijd tot gewoonte gemaakt worden. Anders komen er naar mate de groei en het leven verder gaat, zeker factoren die deze innerlijke en natuurlijke talenten kunnen blokkeren.
Mijn kennis
Sinds vroeg in de zwangerschap kan een baby al trillingen van geluidjes in de buik van hun moeder voelen en herkennen. Nog niet echt gehoor maar “hoorgevoel” voor wanneer het geluid hard of zacht is of voor ritmeverschil, bijvoorbeeld uit de darmen van de moeder of hartslag. Dit is vergelijkbaar met het horen van, en luisteren naar geluiden als we onder water zijn. Rond de 25ste week horen baby’s al duidelijk de stem van hun moeder (en vader, broertje of zusje, etc.). Als baby’s geboren worden herkennen ze de stemmen van hun ouders volop. Verder kunnen ze als ze net geboren zijn ook onmiddellijk hun eigen stem gebruiken. Gehoor en stem (samen met zien, smaken, ruiken en voelen) maakt ze klaar om geprikkeld te worden. Ze kunnen beginnen met allerlei vormen van contact met moeder en vader, en de hele buitenwereld en ook met zichzelf. Ook wat betreft zang en muziek.
Als ze baby zijn (ook in de buik) is tekst voor hen niet nodig om klanken te begrijpen.
Als ze peuter en kleuter zijn is tekst wel nodig om hun muzikale ontwikkeling completer te maken.
Mijn cursussen
Dat is wat ze aangeboden krijgen in de zangles bij mij. Stemgebruik en gehoor geassocieerd aan de andere zintuigen. De goede basis niet alleen om op muziekaal gebied zich te ontwikkelen, maar ook op andere gebieden zoals:
- Taal. Door het systematisch aanbieden van een programma van wat geleerd moet worden: eerst krijgen ze liedjes te leren zonder betekenisvolle tekst en pas nadat ze kunnen spreken, leren ze liedjes met tekst)
- Communicatie. De interactie met de moeder wordt intensiever, en de informatie is rijker dan wanneer ze geen zangles hebben.
- Motoriek. Gebruik van eigen stem, lichaam en instrumenten bespelen.
- Geheugen Goed luisteren, herhalen en herkennen van aangeboden informatie.
- Emotionele vaardigheden. Trots zijn op, en zelfvertrouwen krijgen in hun eigen capaciteiten dmv positieve feedback en individuele aandacht en aanpak, omdat de lessen in kleine groepjes worden gegeven.
- Sociale vaadigheden. Contact met andere kindjes en moeders (lees ook steeds: vaders) al vanaf heel vroeg in de babytijd versnelt het bewustzijn van zichzelf in relatie tot leeftijdgenootjes (en hun moeder).
Mijn werkwijze/doelen met baby en peuterzang is:
- Plezier in muziek maken en zingen staan voorop. De juf zingt voor, de moeders doen het na, het liefst goed op toon, en in de sfeer van het gegeven voorbeeld.
- Het voorbeeld geven neemt het grootste deel van de zangles in: de moeders zingen zelf met hun eigen baby/kind om interactie te krijgen zodat de kinderen vervolgens kunnen gaan proberen te babbelen/zingen, steeds gesteund door de stem, de adem en het lichaam van hun eigen moeder.
- Activiteiten afwisselen elke 5 tot 10 minuten zodat de kinderen constant iets nieuws meemaken en gestimuleerd en gemotiveerd worden om de juiste concentratie te houden.
- Muziek (of actie/zang/spelen) afwisselen met stilte (of rust/ademen) om tijd aan de kinderen te geven om de informatie te verwerken, in te prenten en de kans te vergroten dat ze durven te proberen. Op stille momenten gaat de muziek in hun hoofdjes door. Ze gaan beseffen dat muziek uit klank en stilte gevormd wordt.
- Gebruik van variaties in stem, muziek of klanken door middel van tegenstellingen geven, dat geeft een verrassingeffect waardoor ze met volle aandacht luisteren.
- Gebruik van liedjes vooral zonder tekst op baby-zang. Volgens Edwin Gordon is het gebruik van betekenisvolle tekst niet goed voor de muzikale ontwikkeling van baby’s omdat afleidend werkt. Dus liedjes op de klassikale manier leren met gebruik van tekst zal het kind niet helpen om op de pure muziek te letten en het zal dus de muzikale ontwikkeling van het kind niet ten goede komen.
- Gebruik van liedjes met tekst op peuter- en kleuterzang afgewisseld met liedjes met pure klank: als afwisseling om de concentratie te vergroten. De liederen met tekst en betekenins gaan in deze groepen wel altijd gepaard aan beweging of dramatiseren omdat dat bij peuters en kleuters al wel kan en het hun fantasie en creativiteit vergroot. Muziekstukjes hiervoor componeer ook zelf.
- Presenteren van minder bekende melodieën en tonaliteiten (uit het boek “The early childhood music curriculum” van Edwin Gordon, en “The ways children learn music” van Eric Bluestine) om de kennis over verschillen in stijlen en sferen in de muziek te vergroten en toekomstige expressiviteit en creativiteit te stimuleren.
- Babbelen en herhalen van bepaalde ritmische patronen. Een korte klank zal bijvoorbeeld altijd een “a” zijn en een lange klank altijd een “oe”.
- Introduceren van belangrijke stukken uit het klassieke (of andere) repertoire Ook bij peuterzang nog zonder tekst en en noten; alleen neuriën. Bijvoorbeeld: Für Elise of De Vijde Symfonie van Beethoven, slaapliedje van Brahms, Eine kleine Nachtmusik van Mozart, etc. Dit ter vergroting van de kennis van ons culturele erfgoed wat betreft zang en muziekgeschiedenis.
- Het exposeren, introduceren van en het door de kinderen laten aanraken, spelen of nadoen van verschillende timbres:
- Het gebruik van ontwikkelings- en didaktisch materiaal in de lessen als middel van uitbeelding van de muziek, klank- of stemoefening. Altijd aanwezig zijn poppetjes, knuffeltjes, etc.
- Goede zang-, adem- en lichaamsoefeningen aan de moeders en kinderen leren, ter afwisseling met zingen of spelen, voor ontwikkelen van fysieke vaardigheden en een gezond stemgeluid.
- Adviezen en tips geven wat betreft het thuis zingen en integreren van muziek in dagelijkse activiteiten als interactie tussen kind en ouder. Elke les is er een samenvatting die de ouders kunnen krijgen. Met ook voorbeelden (zoals op youtube) voor thuis om te beluisteren.
- Er kunnen af en toe kleine concertjes en optredens van gastmusici betrokken worden in de lessen.
- Oriënteren over toekomstige keuzes in de muziek en het ontwikkelen van toekomstige talenten is een mogelijkheid.
Lesindeling (volgens eigen methode):
Er zijn in de lessen 2 vaste delen en een derde facultatief deel (afhankelijk van de concentratie van de kindjes):
- herhalen van oude liedjes, oude lessen, bekend repertoire uit het verleden van de kinderen/ouders.
- nieuw leren van 3 tot 4 liedjes per les: 2 uit het kinderrepertoire en nog 2 uit het klassieke repertoire zoals bijvoorbeeld Für Elise.
- vrij muziek maken, zingen, spelen als afsluiting van de les. Dan hebben baby’s/peuters en hun ouders/verzorgers vrijheid om te genieten van alles wat er in de les is geleerd/beluisterd. Aan het eind van de les zijn ze actiever, hun concentratie is minder hoog en hun wens om zelf te proberen en zelf te ervaren is groter dan aan het begin van de les. Het is dan het juiste moment om ze de ruimte te geven om met z’n allen op de zang en muziek van de les voort te borduren. Dan worden ze extra gemotiveerd en gestimuleerd om actief met muziek en klankjes bezig te zijn, zelf te zingen, zelf te spelen, zelf te bewegen en zelf initiatief te nemen met hun eigen stem en klank. Op dat moment worden er eventuele kleine frustraties opgelost en de motivatie en het zelfvertrouwen om zelf muziek te maken groeit.
|